In-het-wild-estafette
Narda Blanken, de Groene Koepel
Een landgoed in Drenthe
23 maart 2019 – 25 maart 2019
Vanaf het moment dat ik het stokje mee naar huis neem, gebeurt er van alles. Ik ben enorm blij dat ik deze kans krijg! Even rust, alles loslaten en ontspannen na een hectische periode. Ik ben dol op (basic) kamperen, midden in de natuur. Het maakt mij de gelukkigste mens op aarde. Dus wat kan er mis gaan?
Ik maak en wijzig plannen, meet en weeg, beslis en twijfel, loop in detail alle mogelijkheden door en stel mijzelf voor 1000 keuzes. Ik ben mijn eigen vijand. Terwijl ik zo verlang naar rust en loslaten, probeert mijn hoofd mij terug tot de orde te roepen. Control your mind, control your life. Loslaten is gevaarlijk!
De drie zussen
Op zaterdagochtend rij ik naar mijn bestemming, een landgoed in Drenthe. Ik struin dwars door het bos en vind daar de perfecte plek. Dit voelt helemaal goed. Ik zet mijn tentje op en span een tarp om mijn proviand (en mijzelf) zo nodig droog te kunnen houden. Ik zet thee. Het goede leven is begonnen!
Als ik later op mijn rug op de grond lig en naar boven kijk, ontmoet ik de drie zussen (zoals ik ze noem in mijn hoofd). De ranke douglasbomen reiken tot hoog in de lucht. Ik voel hun kracht en bescherming. Ik zie een vierde. Dan de vier musketiers? Onmogelijk, ze stralen een vrouwelijkheid uit. Een zachtheid, tussen hun kracht door. Zo mijmer ik nog even verder, maar ik ben ook snel weer afgeleid. Ik zie berkjes, en kan de schors gebruiken als tondel. Ik moet nog een stookplaats maken. Brandhout zoeken. En ik moet vooral ook contact maken met de natuur en verdorie, waarom lukt dat nou niet.
Ik ben onrustig. Ik voel mij de verkeerde persoon op de verkeerde plek. Ben allesbehalve verbonden. Geluiden uit de verte storen mij. Een hond blaft. Iemand roept. Een auto in de verte. Ik besluit het voor vandaag op te geven: als ‘het’ dan blijkbaar niet wil lukken, dan morgen een nieuwe dag. En besef tegelijkertijd mijn valkuil. Ik focus op het doel, in plaats van het proces. Het is alsof je uitkijkt naar je pensioen en onderweg vergeet te genieten.
Als er een luikje opengaat
Ik steek een kampvuurtje aan en geniet van mijn home made pizza en de duisternis die zich langzaam meester maakt van het bos. Het wordt een koude nacht en ik slaap slecht. Ondanks een extra plaid ril ik in mijn slaapzak.
Ergens in de avond of nacht (tijdsbesef heb ik niet echt meer) een vreemde gewaarwording. Er daalt zomaar opeens een voelbare, serene rust neer in het bos. Of is het in mijzelf? En zonder enige waarschuwing is het alsof ik word afgepeld, of er een luikje opengaat in, ja wat.. een pantser, beschermende schil? In een fractie van seconden schieten persoonlijke maar ook andere gebeurtenissen door mijn hoofd, zoals de aanslag in Utrecht en de overwinning van FvD. (Het lijkt wel de scene uit The Fifth Element, waarin Leeloo de geschiedenis van de mens voorbij ziet komen!) Er rollen tranen langs mijn wangen. Ik onderga het, stilletjes.
Zoektocht
Ik ben vroeg wakker, kruip naar buiten, trek de plaid om mij heen en drink koffie terwijl ik geniet van het vogelconcert. Om warm te worden verzamel ik alvast wat brandhout voor vanavond. Maak ontbijt. Wat nu?
Ik probeer drie kwartier de ruimte om mij heen te observeren. De bomen, hun takken wuivend in de wind. Maar het is nog zo onrustig in mijn hoofd. Dan maar die gedachten observeren, niet oordelen, en weer los laten, tot er stilte ontstaat.. Niets. Ik kijk gefrustreerd om mij heen. Waar is nou die connectie? Waar het antwoord op de vraag: wat is mijn relatie met de natuur? Ik voel niets. Lekkere blog wordt dat!
Een beetje bozig geef ik de pijp aan Maarten. Als die natuur niets met mij wil, voel ik mij ook niet geroepen energie in haar te steken. Ik laat haar in haar eigen sop gaar koken! Ik trek mij verbolgen terug met een boek van Jules Evans: leven in extase. Zijn eerste boek Filosofie voor het leven (en andere gevaarlijke situaties) las ik in 1 ruk uit. Lekker rationeel! En ik voel een groot verwantschap met de stoïcijnen. Het tweede boek is bottom up: niet je hoofd maar je gevoel, je lijf, het irrationele als uitgangspunt om het geluk te vinden. Het gaat over loslaten, overgeven. Ik moet bekennen dat ik thuis al hele stukken heb overgeslagen.. Het hoofdstuk over natuur en extase heb ik bewaard voor dit weekend.
Ik krijg het koud en besluit een stevige wandeling te maken. Met lopen kom ik altijd in een aangename flow. Ik kom langs een kudde schapen en ga in het gras zitten om een tijdje naar ze te kijken (en zij naar mij). Ik doe echt mijn best contact met de natuur te maken. Ik fotografeer een boom, noem hem de fluisterboom, omdat zijn blaadjes zo grappig knisperen in de wind (deze boom is trouwens wel echt mannelijk besluit ik). Ik bestudeer wollige hommels aan de rand van een verder monotoon (bloemen-/kruidenarm) grasland. Teruggekomen ben ik nog steeds zoekende. Niet aangekomen. Ik lees nog wat. Verzamel brandhout.
Thuiskomen
Ik leg mijn plaid op de grens tussen bos en grasland, in de zon. Lekker warm. Hoor wat ritselen. Een piepklein spinnetje, op een verdord eikenblad dat tussen de grassprieten uitsteekt. En weg is tie. Weer geritsel. Dit keer op een ander blad. En weer. Ik lig ondertussen met mijn neus bijna op de grond. Zijn pootjes op het dorre blad verraden steeds zijn nieuwe plekje. Ik glimlach. Zou hij zich daar ook koesteren in de zon, net als ik? Ook een torretje komt voorbij. In sneltreinvaart. Heen en terug. Zijn kop koperkleurig, zijn schild als van goud. Net een kostbaar edelsteentje. De grassprietjes bewegen in de wind en ik beweeg mee met die minuscule wereld. Ik voel mij opgenomen, onderdeel ervan. Rust. Verbondenheid. Het is goed zoals het is. In het Nu. Ik lig een uur zonder gedachten, gewoon te Zijn.
Ooit heeft de mens zich onderdeel van de natuur gevoeld. Waar en hoe zijn we zo afgedreven, van haar vervreemd? Door de overgang van een animistische* naar de materialistische wereld? (Las ik als een van de mogelijke oorzaken in mijn boek. Ook de natuur is tot een ‘ding’ geworden, iets buiten onszelf (ondergeschikt zelfs), iets om ons mensen mee te behagen. Pas als wij ervaren dat wij niet buiten (of boven) haar staan maar de natuur zíjn, van egocentrisch naar ecocentrisch denken, voelen wij ons weer onderdeel van het grote geheel. Het universum? Een centrale kracht of energiebron? Alsof je thuiskomt. Vertrouwd, warm en veilig in haar moederschoot.
Ook als ik terugkeer naar mijn kampje behoud ik die innerlijke rust, en ik raak die de rest van het weekend niet meer kwijt.
* Animisme is het filosofisch, religieus of spiritueel concept waarbij zielen of geesten niet alleen bestaan in mensen en dieren, maar ook in planten, stenen of natuurlijke fenomenen zoals donder en geografische zoals bergen en rivieren. Bron: Wikipedia
Reprimande
Wat een rukwinden! Ik zet mijn tent en tarp stormvast. Ik besluit met deze harde en wispelturige wind geen vuur te maken op mijn stookplek midden in het bos, maar de bestaande kampvuurplek op een open veldje te gebruiken. Dat betekent dat ik de grote stapels brandhout die ik al verzameld had weer moet verslepen. Ik krijg het zo wel lekker warm.
Gebakken ei op toast met gesmolten kaas en nog een pizza. Als toetje koffie en een (warme) stroopwafel. Ja, ik moet bekennen, ik ben een echte lekkerbek. Geniet van het kokerellen op het vuur. Of is het (stiekem) een manier om controle te hebben? De plek is zo open: ik durf wel een flink groot kampvuur aan. Behaaglijk! Het is stormachtig buiten, maar wat heb ik een rust van binnen. Ik vul mijn Dopper en een fles met warm water, als kruikjes in mijn slaapzak. Het zal mij niet weer gebeuren dat ik wakker lig van de kou! Daarvoor moet ik mijzelf nog wel extra in de plaid wikkelen, en, als een hotdog, in mijn slaapzak schuiven. Maar het werkt. Ik heb het niet koud. Lig wel wakker.
Wat een natuurgeweld! Ik voel mij klein en nederig. Het is wel duidelijk wie de baas is hier. Ik meen ook iets van woede te bespeuren. Een afstraffing, zoals de wind en regen mijn tentje geselen.
Ik vond hier een antwoord op mijn vraag: welke relatie heb ik met de natuur. Als wij haar vragen: wat is je relatie met de mens. Is dit dan haar antwoord aan ons?
Wij hebben het misschien wel verdiend.
Afscheid
De volgende ochtend is het nog steeds onstuimig en koud. Alles is nat, dus een kampvuur zit er niet in. Een snel ontbijtje dan maar. Ik mag van de landgoedeigenaar mijn auto het bos in rijden, en gooi alles achterin, nat en modderig. Ik gun mijzelf de luxe van een warme douche en schone kleren. Ik heb nog een werkafspraak in Drenthe op de planning staan! Onderweg daarnaartoe moet ik even de snelweg af en sta ik 5 minuten op een parkeerplaats om alles te laten bezinken. Het voelt een beetje als een rollercoaster, die 48 uur. Maar wat was het gaaf!